Celstraf geëist voor mishandelingen in woning Almere
De man die verdacht wordt twee mensen te hebben mishandeld in de nacht van 7 op 8 augustus 2014 in Almere, moet, als het aan de officier van justitie ligt, een celstraf van één jaar krijgen. Bij dit incident viel een man van het balkon van de woning op de tweede verdieping. De verdachte wordt verweten dit slachtoffer en de vrouw van wie de woning was te hebben mishandeld die avond en bij de aanhouding een agent in zijn gezicht te hebben gespuugd.
Tegen één uur in de nacht werd er melding gemaakt van een val van een balkon op de tweede verdieping van een woning aan de Dwangmolenstraat in Almere Buiten. Ook werd gemeld dat er een ruzie in de woning was gehoord. De politie ging daarop naar de woning en trof daar een man en een vrouw aan. Ook werd er veel bloed gevonden.
Het slachtoffer kon zich eerst niet veel herinneren toen hij bijkwam in het ziekenhuis maar deed daarna aangifte. Hij herinnerde zich wel dat de verdachte niet wilde dat iemand weg zou gaan. Hij had de deur op slot gedaan en gezegd “als iemand weggaat dan vermoord ik die”. Dat was de aanleiding voor de ruzie waarbij er een zeer gewelddadige en bedreigende sfeer ontstond. Het slachtoffer kreeg een mes op zijn keel en verwondde zijn hand toen hij het mes wegduwde. Hoe hij ten val was gekomen, kon hij niet goed uitleggen. Ook verklaarde hij gezien te hebben dat de verdachte de vrouw mishandelde. De vrouw, van wie de woning is, hield er blauwe plekken, een gebroken vinger en een beschadigde oorlel aan over, omdat de verdachte haar oorbel uit haar oor had getrokken. Ook was er nog een derde man in de woning geweest maar deze was weggegaan voordat het geweld losbarstte.
Uit het bloedsporenonderzoek komt naar voren dat het slachtoffer een tijd bezig is geweest om de balkondeur open te maken en maar kort op het balkon is geweest. Het sporenbeeld laat zien dat hij via het balkon naar beneden wilde klimmen en hierbij is gevallen. Daarom heeft de officier van justitie de aanvankelijke verdenking van doodslag laten vallen. De mishandeling achtte hij wel bewezen, en ook de mishandeling van de vrouw en de belediging van de agent. De verdachte heeft niet mee willen werken aan een persoonlijkheidsonderzoek. Het Pieter Baan centrum heeft geen antwoord kunnen geven op de vraag wat de man ertoe heeft gebracht zoveel geweld te gebruiken. Alleen alcoholmisbruik kan dit niet verklaren. Gezien zijn weigering om mee te werken, moet de officier uitgaan van toerekeningsvatbaarheid. Hij eiste alles overwegende een celstraf van één jaar onvoorwaardelijk. Bovendien wil de officier dat de verdachte nog zes maanden uitzit voor een eerder opgelegde voorwaardelijke straf.
Persbericht: openbaar ministerie